Rento Hofstede CrullElektriciteitspionier Rento Hofstede Crull stond aan de wieg van veel elektriciteitscentrales in Nederland. Tijdgenoot en grondlegger van de elektrotechniek in Nederland, Willem Benjamin Smit had in 1886 in Kinderdijk al de eerste echte Nederlandse elektriciteitscentrale opgericht met 295 aansluitingen, maar Hofstede Crull ging verder waar Willem Smit gebleven was. Vanaf het begin van de oprichting van zijn eerste bedrijf "Hofstede Crull & Willink" in 1894 was hij onophoudelijk bezig met het verkrijgen van concessies om ook zelf een elektrische centrale te mogen bouwen. Hij was een visionair die in 1891 al goed door had dat elektriciteit de wereld zou veroveren en hij was daarin een pionier van het eerste uur. 

Centrale in Borne in 1896.

 Hofstede Crull logo


Logo van Hofstede Crull & Willink op een houten kistje van een Duitse Watt meter, gebruikt bij het TCS in 1906. 
 

De elektriciteitscentrale in Borne (B.E.M.) (1896 - 1930)

Vanaf 1896 werden de eerste elektrische centrales gebouwd in Overijssel. Het elektriciteitsnet bestond vooral uit laagspanningslijnen. In 1918 bouwde TCS de eerste bovengrondse hoogspanningslijn tussen Hengelo en Eibergen voor de spanning van 10 kV. Al vanaf 1894 probeerde Hofstede Crull een concessie te krijgen voor een centrale in Borne, dat was ook zijn woonplaats. De plaatselijke industriëlen zoals de Bornse textielfabrikant Spanjaard steunden hem en in 1896 lukte het hem om de gemeente Borne te overreden om te kiezen voor elektriciteit en hij kreeg de concessie. Dat de vergunning in Borne soepel verliep kwam ook doordat de gemeente zelf aandeelhouder werd, de burgemeester en enkele raadsleden waren ook aandeelhouders !

Foto: De voormalige elektrische centrale in Borne met de houten koeltorens rond 1900. De centrale van de Bornsche Elektriciteits-Maatschappij (B.E.M.) aan de Oude Deldensestraat bleef aanvankelijk als distributiebedrijf in gebruik. De plek waar de centrale stond was in Borne beter bekend als Tichelkamp. 

 alt
8-2-1896, bron: De Ingenieur

In februari 1896 vond de oprichtingsvergadering plaats van de BEM, de 'NV Bornsche elektriciteits Maatschappij'. Het maatschappelijk kapitaal bedroeg f 30.000,-. Hofstede Crull was de eerste directeur. De centrale werd gebouwd in de tuin van Hofstede Crull's woonhuis en volgens overlevering moesten, zeer tegen de zin van mevrouw Hofstede Crull, haar juist aangelegde aspergebedden wijken voor de centrale. De eerste elektriciteit werd geleverd in 1896. De deels 2e hands machines waren van Duitse, Zweedse en Nederlandse makelij.

 alt

De centrale begon met 27 aansluitingen en 400 lampen voor particuliere huizen en gemeentelijke straatverlichting. De gemeente betaalde per jaar 290 gulden voor deze straatverlichting en dat was ongeveer 100 gulden goedkoper dan de petroleumverlichting die men tot dan toe gebruikt had. Lang heeft deze centrale overigens geen elektriciteit geleverd. De centrale was onrendabel en het afzet gebied beperkt. In 1901 werd de centrale nog uitgebreid, maar al in 1904 werd de centrale deels gesloten en fungeerde men alleen nog als distributiebedrijf omdat de aandeelhouders de kans kregen om elektriciteit te kopen bij het in 1901 opgerichte TCS in Hengelo.

 alt 

Oprichting elektrische centrale in Borne, De Ingenieur 25-7-1896 


Centrale in Borne, bron: Old Hengel.

De elektriciteitscentrale Borne gezien vanuit villa Meijling aan de Stationsstraat in Borne rond 1900.

 

Uitbreidingen in Borne, 11-11-1899,. Tubantia  

De exploitatie van de B.E.M. kwam vanaf 1901 in handen van het Amsterdamse bedrijf Groeneveld van de Poll en Co. Het B.E.M. werd een distributiebedrijf, maar de energie kwam echter van de nieuwe centrale in Hengelo, de TCS. De concessie van de B.E.M. liep tot eind 1926 en werd niet verlengd en de gemeente nam het bedrijf over. B.E.M. zelf eindigde in de 30er jaren van de twintigste eeuw. Groeneveld van de Pol en Co was in 1887 opgericht en voerde na Wereldoorlog II de bekende naam Groenpol en werd later een onderdeel van Getronics. Het Nederlandse deel van Getronics kwam in 2007 in handen van KPN.

BEM

25-03-1923, het B.E.M. was toen in handen gekomen van Groeneveld en van de Pol.  bron: Algemeen Handelsblad.    

 

10-09-1896 De Amsterdammer.

De Amersfoortsche Courant 28-01-1897 geeft een gedetailleerde beschrijving van de elektrische centrale in Borne die de aandacht trekt in andere delen van het land.

 alt

Elektriciteit in Borne, 01-10-1896, bron: de Tijd.

15-10-1896 Amersfoortsche Courant

 TCS 1910 

Links: 21-08-1899, bron de standaard, rechts: Uitbreiding TCS-machinekamer aan de Bornsestraat in 1910.

Pentekening, Borne, 1900, bron: Feldmann, de ware ingenieur. 

 

Tolhuis Bornsestraat met links het Tolhuis en rechts de schoorsteen van TCS. Deze foto werd opgestuurd door Hans Mostertman. Zijn grootvader woonde in het tolhuisje, Hij was de tolgaarder, Johannes Veltkamp oftewel Toljan. Aangezien er een rokende schoorsteen op staat moet deze foto gemaakt zijn na 1901 toen de TCS al op stoom was. Bron: Hans Mostertman.


Centrale rond 1900. Bron: Old Hengel.

De voormalige centrale van het BEM aan de Bleek in Borne. 1-4-1913

Oprichting Twentsch Centraal Station voor elektrische Stroomlevering (TCS) (1901-1951)
In 1897 werd Willem Willink compagnon van Hofstede Crull en werd de naam van zijn bedrijf "Hofstede Crull & Willink". In 1900 verhuisde "Hofstede Crull & Willink" naar Hengelo en Hofstede Crull stapte op als directeur van de Bornsche Elektriciteits-Maatschappij (B.E.M.). 

L.H.N. Dufour 1860-1936, hoofdingenieur van de Staatsspoorwegen.De verhuizing van het bedrijf naar Hengelo werd mede ingegeven door: 

  • het verzoek van de directeur van de Staats Spoorwegen (Dufour) die in 1899 contact opnam met Hofstede Crull omdat men een grote voeding nodig had voor het nieuwe spoorstation in Hengelo. Hij had daarvoor veel elektriciteit nodig en de centrale in Borne zou dan flink uitgebreid moeten worden, maar de Bornse commissarissen en aandeelhouders werkten ditmaal niet mee, aangezien de B.E.M. onrendabel was.
  • Borne werkte met gelijkstroom. Bij deze spanningssoort is het moeilijk om zonder verliezen te transporteren over grotere afstanden. In Hengelo werd met 110 V wisselspanning gewerkt en dat was veel aantrekkelijker en dat gaf de doorslag om het T.C.S. in Hengelo te starten. 

Via bevriende industriëlen als Stork, Dikkers en bankier Marten Mees schraapte Hofstede alsnog het benodigde kapitaal bij elkaar en in 1901 was de oprichting van de T.C.S. in Hengelo een feit. De oprichtingsvergadering van het 'Twentsch Centraal Station voor elektrische Stroomlevering', het TCS, vond plaats op 15 januari 1901.

 

De "nieuwe" TCS aan de Bornschestraat 7 in Hengelo, jaartal 1926, bron gedenkboek NS 1927.

Eerste pagina van de oprichtingsakte van de TCS, bron: Jaap Tuik.

Stukje uit de eerste boekhouding van de TCS. Bron: Jaap Tuik.

Bron: Beeldbank NIMH, Luchtfoto TCS gemaakt tussen 1920-1940.

Bron: Beeldbank NIMH, Luchtfoto TCS gemaakt tussen 1920-1940.

  

Oprichting TCS, bron: Nederlandsche Staatscourant 30-03-1901

Oprichting van het TCS 01-04-1901. 

Statistieken de TCS in 1904, Bron: De Ingenieur.

Toen het TCS in 1901 begon was de markt voor elektrische verlichting zeker nog niet veroverd. Het elektriciteitsverbruik nam echter snel toe en dat was vooral te danken aan de afzet van de industrie. Ook kwamen er in hoog tempo nieuwe voorzieningsgebieden bij. Tussen 1900 en 1920 zien we duidelijk schaalvergroting optreden. Hieronder enkele feiten:

  • 1900: De TCS krijgt enkele lichtklanten. De koppeling met Stork is een feit en hier en daar een krachtklant  met als grootste afnemer Hofstede Crull & Willink.  Staatsspoor neemt nog weinig elektriciteit af.
  • 1901:Uitbreiding van het gelijkstroomnet in de kom van Hengelo en relatief grote verbruikstoename.
  • 1902: Uitbreiding gelijkstroomnet in Hengelo. Aansluiting Delden via draaistroomhoogspanningslijn.
  • 1903: Overeenkomst met de dekenfabriek van Ficker en Wap (25 pk) in Delden. Aansluiting Hengelosche Bontweverij en K.W.F.
  • 1904: Aansluiting Borne met 4 kV-kabel en aansluiting brouwerij. Eerste 4 kV aansluitingen in Hengelo.
  • 1905: Groei gestaag maar wat geremd door beperkt machinevermogen.
  • 1906: Idem, maar Hofstede Crull en Willink worden aangesloten aan het draaistroomnet.
  • 1907: Schräder, Schneider Thijert en Co. (100 pk in Delden aangesloten. Overal forse uitbreidingen.
  • 1908: Uitbreidingen zetten door. Idee "interprovinciale kabelmaatschappij"ontstaat. Men spreekt over "een draadje naar Limburg".
  • 1909: Concessie verworven in Lonneker. Overeenkomst met Enschede
  • 1910: Lonneker aangesloten: en-gros levering aan Enschede.
  • 1911: Overal gestage uitbreiding. Levering in Gronau.
  • 1912: Fabriek Arnzt Jannink in Goor aangesloten.
  • 1913: Berkelstreek aangesloten.
  • 1915: G.E.B. Goor aangesloten.
  • 1917: Grote vraag naar elektriciteit. Geremd door kolendistributie. Oldenzaal aangesloten.
  • 1918: Idem. Haaksbergen (Bouwhuis) en Losser aangesloten.
  • 1919: K.N.Z. Boekelo aangesloten. Overal uitbreidingen.
  • 1920: Eerste levering aan de IJsselcentrale (YC).

 

Meetbord  Hofstede Crull & Willink, 10 kV 1-10-1912, gebruikt bij TCS, bron HCO Zwolle.

Eindmast 4 kV draaistroomlijn van september 1902 bij hotel "De Zwaan" in Delden met transformator in de voet en laagspanningslijnen naar de verbruikers.De lijn kwam in bedrijf in september 1902 en het was de eerste draaistroom hoog-spanningslijn voor openbare elektriciteitsvoorziening in Nederland. Bron: Historisch Centrum Overijssel te Zwolle. (foto is gemaakt in 1913).

Hoogstwaarschijnlijk is dit de schakelinrichting van de TCS tijdens de opening in 1901. Geheel rechts zien we Hofstede Crull en links daarnaast zittend Willem Willink.  

De machines

De eerste machines werden gekocht bij verschillende fabrikanten. Bij Willem Smit in Slikkerveer werd een nieuwe gelijkstroomdynamo gekocht van 40 kW en voor een spanning van 450 tot 500 V. Veiligheidshalve kocht men er een reserve anker bij. De Dynamo voedde rechtstreeks de 2 buitengeleiders (feeders) van een drieleider gelijkstroomnet.  In verband met ongelijke belasting in beide netdelen werd een balanceeraggregaat toegepast. Dit waren twee identieke gelijkstroommachines welke mechanisch gekoppeld waren en elektrisch in serie geschakeld werden. Als de accubatterij opgeladen moest worden dan was daarvoor een hogere spanning nodig dan de nominaal spanning. Deze hogere spanning werd geleverd door een zgn. "Zusatzdynamo" welke door een riem werd aangedreven. De balanceer aggregaat bestond uit 2 gelijkstroommotoren type SNG 25 van AEG met een vermogen van 5 pk. De "Zusatzdynamo" werd geleverd door de firma Bergmann uit Berlijn. De drijfriem werd gekocht bij de gebroeders Naeff in Lochem. Dit was een "eindloze Engelse drijfriem"van 23.8 meter.

 

Of dit de Smit Dynamo is van de TCS weten we niet zeker, maar dit zijn vergelijkbare Smit gelijkstroom dynamo's van ongeveer 40 kW uit vrijwel hetzelfde jaar als de bouw van de TCS.

Spanningsregulator voor een dynamo van Gesellschaft Elektrische Industrie Karlsruhe in de TCS centrale ( 1-1-1916). Bron: dhr. Keus.

Voor de Smit dynamo werd ook nog een tweede hands (waarschijnlijk Engelse) 60 pk  tandem-compoundzuigerstoommachine gekocht voor HFL 1000,-. De eerste ketel werd tweede hands gekocht van de firma G. Dikkers in Hengelo voor HFL 1100,-. Het was een Cornwall-ketel met een verwarmd oppervlak van 30 m2 zonder overhitter en economiser. De ketel was van Stork en stamde uit 1887 (fabrieksnummer 753),

In 1926 vierde men het 25 jarig bestaan en ontving de directie machinefabriek Gebr. Stork bovenstaand tableau. Aan de onderzijde zien we de eerste machine aanleg van de TCS.

In 1938 had Hofstede Crull een rubriek in de krant "De Graafschapbode" en hij vertelde daar over zijn pionierswerk m.b.t. elektriciteitscentrales zoals het TCS. Bron: Graafschapbode 9-9-1938.

Delden en Borne worden aangesloten (1902-1904)
In 1902 besloot de raad van Stad Delden tot deelneming in het TCS met 115.000,- en voor dat bedrag kon de hoogspanningslijn naar Delden aangelegd worden .Voor de voeding van Delden dus een zes kilometer lange draaistroom-hoogspanningslijn, onder een spanning van 4 kV (kiloVolt). De eerste km vanaf de centrale (binnen de bebouwde kom dus) werd ondergronds gelegd. In 1904 werd ook Borne aangesloten d.m.v. een ondergrondse kabel. Zie de foto hieronder.

Installatiewerkzaamheden Delden 1911

Aanleg kabelverbinding in de Langestraat te Delden, uitgevoerd door de Heemaf (1902).

 

50e aansluiting, bron Tubantia, 17-01-1903.

Aantal medewerkers in dienst TCS : 9, Heemaf 79. Bron: Prov. Overijsselsche Courant: 3-7-1907

Uitbreidingen
Het bedrijf in Hengelo groeide intussen snel. Het groeide zelfs zó snel, dat de aangeschafte machines telkens vér voor het einde van de gekozen afschrijftermijn al weer te klein waren. Regelmatig moesten relatief nieuwe machines vervangen worden door grotere exemplaren, terwijl de afschrijvingen nog liepen. Vaak was het nog wel mogelijk de machines tegen boekwaarde van de hand te doen, maar voordelig pakte dat nooit uit." Ondanks de aanvankelijk welhaast onoverkomelijke financieringsproblemen, is het bedrijf toch voorspoedig gegroeid. In 1909 werd concessie verworven in de gemeente Lonneker, waardoor het leveringsgebied werd uitgebreid tot aan de Duitse grens. Vervolgens besloot de gemeente Enschede in 1910, haar eigen opwekking te beëindigen en engross in te gaan kopen bij het Hengelose bedrijf. Via de voedingsleidingen naar Lonneker werd het in 1910 ook mogelijk een deel van het Duitse Gronau te voeden, waardoor het geheel een internationaal tintje kreeg. In 1913 werd de levering aan 'De Berkelstreek' gestart en in 1915 die aan Goor. Doordat de rijksoverheid vanaf ongeveer 1911 de elektriciteitslevering door particuliere bedrijven steeds meer aan banden ging leggen, nam het groeitempo van het TCS na die tijd wat af. Weliswaar werd het leveringsgebied van het TCS in 1918 nog uitgebreid et Losser en Oldenzaal, maar er kwamen steeds meer beperkende bepalingen. In 1920 verliet Hofstede Crull het bedrijf.  

De vrachtauto's van de Heemaf rukken uit en staan hier voor het kantoor van de Heemaf aan de Bornsestraat. Een van de vrachten is een haspel van de Nederlandse Kabelfabriek (NKF) 1-6-1916, bron: Historisch Centrum Overijssel.

 

Uitbreidingen aan de TCS in 1910. Bron: De Ingenieur 

Uitbreidingen voor de TCS (1916). De linker vrachtwagen bevat ca.7 lastscheiders ( schakelaars) voor 10 kV. In het midden een grote haspel van de N.K.F. (Nederlandsche Kabel Fabriek, tegenwoordig onderdeel van Prysmian Cables & Systems). De rechter vrachtwagen bevat 2 olie-nettransformatoren van ca. 20 kVA en 1 van ca. 10 kVA van Willem Smit & Co's Transformatorenfabriek (Royal Smit Transformers).

De nieuwe elektrische centrale van de TCS
Na de eerste wereldoorlog nam het stroomverbruik per jaar soms met 35% toe en een nieuwe centrale stond in de planning. Met de bouw kon nog niet direct aangevangen worden aangezien er groot gebrek aan materiaal was. Vergunningen werden moeizaam afgegeven omdat er problemen waren met de Heemaf directie en daardoor weigerde enkele fabrikanten geld te steken in de bouw van een nieuwe elektrische centrale. Nadat Hofstede Crull was afgetreden als directeur van de Heemaf was dat probleem opgelost en werd in 1920 werd begonnen met de bouw van de nieuwe centrale aan de Weideweg in Hengelo. In 1921 leverde deze als stroom, nog tijdens de bouw. In 1922 was de centrale klaar. 

 

 

 

Bouw nieuwe TCS centrale 1921, bron: geheugenvannederland

Bouw nieuwe TCS centrale 1922, bron: geheugenvannederland

 

 01-04-1923, overzicht nieuwe centrale van het TCS in Hengelo, met op de voorgrond het 10 / 4 kV schakelhuis en daarachter v.l.n.r. de koeltorens 1 en 2; het dak van de machinekamer; ketelhuis 1 met de ketels 1 t/m 4 en de wagon kipper. 

Bouw ketelhuis aan de nieuwe centrale van de TCS. 31-10-1921, bron: Historisch Centrum Overijssel te Zwolle. (collectie Stork).

1924, de centrale met turbines van resp. AEG, Siemens en achteraan Smit Slikkerveer.

 

tcs

tcs

01-04-1923 Schakelhuis van de nieuwe centrale  van het TCS in de Hengelosche Weide, met eigen raccordement en HEEMAF spoor. Bron: Historisch Centrum Overijssel. 

 

Kabelscheiders/schakelaars voor de TCS centrale 1-4-1923

01-04-1923  Transformatorcellen met koppeltransformatoren fabricaat Smit Nijmegen 10 / 4kV; 2000 kVA in het schakelhuis van de Nieuwe Centrale van het TCS in de Hengelosche Weide. Bron: Historisch Centrum Overijssel.

Rento Hofstede Crull

Bezoek KIVI
Op 14 september 1917 bracht het Koninklijk Instituut van Ingenieurs een bezoek aan de Heemaf. Rento Hofstede Crull gaf een presentatie over zijn opgerichte elektrische centrales en deze werd later in "de Ingenieur" gepubliceerd.

  

  

Overzichtskaart Twentsch Centraal Station voor electrische  Stroomlevering (1914)

Overzichtskaartje "Twentsch Centraal Station voor Electrische Stroomlevering" in het jaar 1914. Klik op de foto om deze te vergroten. 

TCS

01-08-1912 Experimentele elektrisch gedreven lorrietrekker naast de machinekamer van het TCS aan de Bornsestraat in Hengelo.

Aandeel TCS uit 1908.

TCS

01-08-1912 Aanloopweerstand model PS; 440 V; 80 A voor 40 pk gelijkstroommotor fabricaat Hofstede Crull & Willink.

Uitbreiding grote hal Heemaf 1-12-1915. Links de TCS. 

 

1-11-1922-Heemafcomplex met de TCS centrale gezien vanaf de schoorsteen van de wolweverij Hulshof Pol.

Overzicht machinekamer van de Centrale van het Twentsch Centraal Station voor Electrische Stroomlevering (TCS) in de Hengelosche Weide. Vermogen respectievelijk 3,4- 6 en 8 MW (01-04-1923). Op de achtergrond een schakelkast merk Heemaf. Bron: Historisch Centrum Overijssel.

tcs

01-04-1923 overzicht Nieuwe Centrale van het TCS in de Hengelosche Weide vanuit westelijke richting. Schoorsteen van ketel 1 (afkomstig uit de oude centrale aan de Bornschestraat) nog in aanbouw.

Voedingwaterreservoir-inhoud 1000 m3. Oktober 1927. bron: geheugenvannederland.nl

1929-reclamebordTCS Hengelo

HEEMAF reclamebord voor SKA motoren opgesteld voor de nieuwe centrale van het TCS in de Hengelosche Weide,1929/1930. 


25-5-1928-Transport draaistroom generator van het type DG 15-bestemd voor een suikerfabriek in de Belgische Congo over het Heemaf spoor. Op de achtergrond koeltoren 4 van de TCS.

Drie directeuren van de TCS

Rento Hofstede Crull

   

Links: Hofstede Crull, de oprichter en eerste directeur, midden Ir. L. Ch. Pabon, de tweede directeur van de TCS  (1926), rechts de derde directeur Ir. Ehrenburg, directeur TCS (1935)

De eerste directeur van het "Twentsch Centraal Station voor elektrische stroomlevering" (TCS) - na Hofstede Crull  - werd ir. Louis Charles Pabon. Hij was vanaf 1916 adjunct directeur en van 1920 tot 1938 directeur. Bron: De Ingenieur 28-07-1938

Kijkje in de fabriek

Hieronder diverse foto's van machines en installaties in de TCS vanaf 1912 tm 1930.

01-08-1912, plaatstalen schakelbord met 6 panelen van de Heemaf in de TCS.

01-04-1923 Westzijde hoofdschakelbord met lessenaar in het 4/10 kV schakelhuis van de Nieuwe Centrale van het TCS in de Hengelosche Weide.

01-04-1923 Railsysteem en scheidingschakelaars 10 kV, op de bovenverdieping schakelhuis van de Nieuwe Centrale van het TCS in de Hengelosche Weide, gezien in westelijke richting.

01-04-1923 Overzicht machinekamer met de eenheden 1 t/m 3 in de Nieuwe Centrale van het TCS in de Hengelosche Weide. Vermogen respectievelijk 3,4- 6 en 8 MW.

 

1922 Westinghouse pomp. Links een Heemaf dynamo. Bron: geheugenvannederland.nl

 

Heemaf-Elektrisch gedreven ketelvoeding centrifugaalpomp (oktober 1928). Bron: geheugenvannederland.nl

 

Foto links: Turbines. 3000-6000-8000 KW/Stork-Zoelly turbo-generatoren, 16000 KW (1927), rechts: Turbines3000-6000-8000 KW /Stork-Zoelly turbine-generatoren (april 1930). Bron: geheugenvannederland.nl

Pompenkamer met pijpleidingen en regelcentrale van het hogedruk ketelhuis, Links een dynamo van de Heemaf, 4-4-1930.  Bron: geheugenvannederland.nl

Pompenkamer TCS oktober 1931, bron: geheugenvannederland.

01-06-1921 Foto vanaf toren Lambertuskerk. Te zien zijn de Hengelosche Bontweverij,  HEEMAF complex, TCS centrale en Hengelosche weide. Bron: Historisch Centrum Overijssel. 

Aanleg kabelverbinding in de Bornsestraat in 1927 uitgevoerd door de Heemaf.

02-11-1927 Kabel leggen vanaf de TCS-centrale naar centrum Hengelo in de Bornsestraat, voor het HEEMAF kantoor, door de Heemaf.

In 1928 was er grote schade aan het TCS door een storm. 

 

In 1935 was er een flinke brand bij de TCS, bron: Provinciale Overijsselsche en Zwolsche Courant 18-9-1935

20-6-1930 Leidsche Courant.


TCS in 1932, Enschedesestraat 103 Hengelo 

 


TCS in 1936. Bron: Willem Jansen.

Turbine TCS 1940/1941. Elektromotor van Heemaf of Smit Slikkerveer. Bron Archief Stork 

Turbine TCS 1941, bron: Historisch Centrum Overijssel.

  

31-8-1938 bestond het TCS 40 jaar. Zij gaan dus uit van oprichting in 1898 nog in Borne, terwijl 1901 de officiële oprichtingsdatum is: Bron: Arnhems dagblad 31-8-1938

Film uitbreidingen TCS 1937/1939
In de collectie van het Historisch Centrum Overijssel bevinden zich films van bouwwerkzaamheden aan het Twentsch Centraal Station, uit de jaren 1937-1939. Dit betreft vermoedelijk een uitbreiding. De drie afzonderlijke films worden hier achtereenvolgend getoond, met beelden van het heien van palen, verschillende werkzaamheden, het opbouwen van kolommen en de directeur, met hoed, dhr. Ir. Hillebrand Hendrik Ehrenburg, de grote ketels, de koeltoren, de directeur, het naar binnen takelen van een ketel, de koeltoren, een ketel van Stork, en wederom, de directeur, met hoed, dhr. Ir. Hillebrand Hendrik Ehrenburg.


(Tekst overgenomen van Youtube, bron Historisch Centrum Overijssel).

2-7-1937, Dhr. Gerritsen, afremmer bij het TCS is 25 jaar in dienst. In die tijd kwam dit nog in de krant te staan ! Bron: Tubantia.

1940-  houten koeltorens voor koeling van circulatie-koelwater, bron: geheugenvannederland.nl

De Telegraaf, 1940

Bron: Telegraaf 1942

In 1950 bestond de TCS 50 jaar. Alle medewerkers kregen een dergelijke penning mee naar huis.

TCS. bron onbekend, jaartal na WO II.

IJsselcentrale

De N.V. IJsselcentrale is in 1951 ontstaan door de fusie van de twee oudere maatschappijen "N.V. Elektriciteitsfabriek IJsselcentrale" en het "Twentsch Centraal Station". Het leveringsgebied van de deze maatschappijen omvatte oorspronkelijk de gehele provincie Overijssel en het zuidelijk deel van de provincie Drenthe.  In 1917 werd de rijksconcessie voor geheel Overijssel en het zuiden van Drenthe in handen gegeven van de in 1911 gestichte 'N.V. elektriciteitsfabriek IJsselcentrale' te Zwolle, waardoor de rechtspositie van het TCS sterk verzwakte. Naarmate het kabelnet van de IJsselcentrale dat van het TCS naderde, ontstonden er dan ook steeds meer problemen. De IJsselcentrale claimde haar recht op levering in het TCS-gebied, dat immers deel uitmaakte van de provincie en het TCS maakte aanspraak op het gebied, krachtens gemeentelijke concessies en stroomleveringsovereenkomsten met gemeenten. Doordat het TCS goedkoper kon leveren dan de IJsselcentrale waren de diverse gemeenten in Twente ook niet erg gebrand op veranderingen en de onenigheden sleepten zich lang voort. Het TCS heeft zich ontwikkeld tot verreweg het grootste particuliere elektriciteitsbedrijf dat Nederland gekend heeft. Het werd na een roerig bestaan van 50 jaren, in 1951 overgenomen door de IJsselcentrale. In 1955 ging de IJsselcentrale verder met de bouw van de centrale Harculo of IJsselcentrale. Dit was een 350 megawatt centrale. In 1966, na het gereedkomen van de nieuwe IJsselcentrale vestiging aan de Spoorstraat in Hengelo, werd de gehele vestiging van het TCS verkocht aan HOLEC B.V. Sinds 1984 was de vestiging in bruikleen afgestaan aan het Hengelo's Educatief Industrieel Museum (HEIM). 

De Stichting HEIM, Hengelo’s Educatief en Industrieel Museum werd al eerder, in 1983 opgericht vanuit de werkgroep Industriële Archeologie van Oald Hengel, nu het Historisch Museum Hengelo. Vanaf het begin werd het museum ondersteund door Hollandse Signaalapparaten (nu Thales) en Holec (nu Eaton). In de jaren daarna steunden Energiebedrijf IJsselmij (nu Essent), Gemeente Hengelo, Stork en Akzo Nobel het museum ook financieel. In 2005 verhuisde het museum naar de huidige locatie, de Wilhelminaschool aan de Industriestraat aan de rand van de binnenstad van Hengelo. 
http://www.techniekmuseumheim.nl/ 

De IJsselcentrale gezien vanaf de dijk bij Oldeneel in Zwolle-Zuid.

Op 18 maart 2017, werden de twee laatste schoorstenen van de IJsselcentrale - bij buurtschap Harculo in de Overijsselse gemeente Zwolle - neergehaald. De laatste jaren van haar bestaan was ze, met nog zes andere centrales in Nederland, eigendom van Engie Nederland, voorheen Electrabel.

Het bedrijf werd in 1955 geopend en had oorspronkelijk maar één schoorsteen. Later zijn er vier bijgebouwd. Anno 2010 waren er twee van de vijf schoorstenen over, een daarvan was nog in gebruik. In 2012 werd de laatste eenheid voor de opwekking van elektriciteit stilgelegd. In het Historisch Centrum Overijssel (HCO) bevond zich nog een documentaire zonder geluid met hele oude foto's van de gebouwen, apparatuur, personeel en hoogspanningsmasten van de TCS in Hengelo en IJsselcentrale Zwolle. 
Op het einde nog wat beelden van de IJsselcentrale voordat het stilgelegd werd.

Mocht iemand nog verbeteringen of aanvullingen hebben voor dit artikel dan kunt u mij altijd bereiken per e-mail: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. 

Bron: De oude centrale van het TCS (Jaap Tuik 1988), Foto's en film Historisch Centrum Overijssel te Zwolle, Holec Historisch Genootschap, dbnl.org, knipsels diverse kranten, tekst Rudo Hermsen, Willy Ahlers, met dank aan Hans Mostertman.

{jcomments off}

Reacties mogelijk gemaakt door CComment

Foto gallery Heemaf

Cloud tag

Laatste nieuws

Uitgelicht

Statistieken

Aantal bekeken pagina's
7558171

Wie is online

We hebben 157 gasten en geen leden online

Our website is protected by DMC Firewall!